Samenvatting

Net als alle gemeenten in Nederland staan we in Lisse voor de opgave om in 2050 klimaatneutraal[1] te zijn. Om dat doel te halen, moeten in 2050 alle gebouwen op een duurzame manier worden verwarmd. Nu gebruiken we hiervoor nog aardgas. Dat is niet duurzaam. Daarom gaan we stap voor stap aan de slag met het aardgasvrij maken van alle gebouwen in de gemeente Lisse. In de Transitievisie Warmte geven we aan wat we komende jaren doen om dat voor elkaar te krijgen.

We kiezen voor duurzame warmteoplossingen die betaalbaar zijn voor onze inwoners. De gemeente Lisse wil in de komende jaren nog geen bestaande wijken helemaal aardgasvrij maken. Er zijn daarvoor nog te veel dingen onzeker. Dat betekent niet dat we afwachten: we beginnen nu al met de voorbereidingen. Zo starten we met een aantal verdiepende onderzoeken. Op die manier weten we straks beter hoe en wanneer wij gebouwen aardgasvrij kunnen maken. Wat we nu al zeker weten is dat we energie moeten besparen. Welke oplossing het ook wordt: aardgas dat je niet gebruikt hoef je ook niet te vervangen door een duurzaam alternatief.

Daarom hebben we grote plannen op het gebied van energiebesparing:

  • In 2025: 12% energiebesparing in de gebouwde omgeving[2] ten opzichte van 2014;

  • In 2030: 15% energiebesparing in de gebouwde omgeving ten opzichte van 2014.

Met energiebesparing alleen wordt Lisse niet aardgasvrij. Daarom hebben we ook onderzocht hoe de huizen en gebouwen in onze gemeente zonder aardgas verwarmd kunnen worden. Daarbij hebben we gekeken naar verschillende technieken. Voorbeelden zijn een warmtenet met verschillende warmtebronnen, elektrische warmtepompen en groen gas.

Een warmtenet noemen we een collectieve oplossing. In dat geval kan een hele straat, buurt of wijk gebruik maken van dezelfde oplossing. Dat gebeurt door de gebouwen aan te sluiten op een warmtebron via een leidingnetwerk. Hier stroomt warm water doorheen. Dit verwarmt weer het water dat door het (centrale) verwarmingssysteem (bijvoorbeeld de radiatoren) van de aangesloten gebouwen stroomt. Behalve warmtenetten bestaan er ook individuele oplossingen; de warmte wordt dan in of bij het gebouw zelf opgewekt. Voorbeelden zijn een elektrische warmtepomp en een CV-ketel die gebruik maakt van groen gas of waterstof. Een tussenvorm, met zowel een warmtepomp als een CV-ketel met gasaansluiting, noemen we een hybride oplossing. Meer informatie over de oplossingen en de warmtebronnen leest u in ‘Verdieping en achtergrond’.

  • 1 Onze gemeente is klimaatneutraal als er netto geen broeikasgassen meer worden uitgestoten (naast CO2-emissies zijn dit ook emissies van andere broeikasgassen).
  • 2 Met de gebouwde omgeving bedoelen we al onze huizen, kantoren, winkels en andere gebouwen.