Belangrijke aandachtspunten bij de oplossingen

Sommige oplossingen vragen extra elektriciteit, zoals aquathermie en individuele warmtepompen. Het elektriciteitsnetwerk moet hiervoor wel geschikt zijn. In de bebouwde kom van Lisse is er beperkt extra ruimte op het net beschikbaar. Uitzondering is het Noordwestelijk deel van de kern in Lisse. Hier heeft het huidige elektriciteitsnetwerk wel voldoende capaciteit voor een overstap naar all electric. Als andere grote delen van de bebouwde kom zouden overstappen op individuele warmtepompen of een warmtenet met lage temperatuur warmtebronnen, dan moet het net verzwaard worden. Het verzwaren van het elektriciteitsnet kost tijd, ruimte en geld. Daarom zetten we ons in om plannen zo concreet mogelijk te maken en hierover met de netbeheerder in gesprek te gaan.

Ook de ruimtelijke inpassing van nieuwe infrastructuur, zoals een warmtenet, is uitdagend. Verzwaring van elektriciteitsnetten en plaatsing van warmtenetten betekenen meer drukte en meer activiteiten in de ondergrond. Niet overal zal voldoende ruimte zijn voor netuitbreidingen of aanvullende ondergrondse infrastructuur. Zeker warmtenetten nemen relatief veel ruimte in beslag. Bij grootschalige renovatie van de ondergrondse infrastructuur, kan de ligging van drinkwaterleidingen en rioleringen een probleem vormen. Met het vervroegd investeren in het vervangen of verplaatsen van (drinkwater)leidingen gaat maatschappelijk kapitaal verloren.

Bij het kiezen van de meest geschikte warmteoplossing spelen dit soort aspecten daarom een belangrijke rol. Het is van belang dat de totale maatschappelijke kosten-baten in beeld worden gebracht in de besluitvormingsfase. Dit vraagt om goede afstemming met onder andere de netbeheerder en het waterbedrijf.

Het staat vast dat er in Nederland niet voldoende groen gas of waterstof beschikbaar zal komen om onze totale aardgasvraag te vervangen. Er is simpelweg niet genoeg plantaardig afval (om groen gas te maken) of duurzame elektriciteit (voor het maken van waterstof) beschikbaar. Het is nog niet bekend of er in de toekomst hernieuwbare gassen beschikbaar komen in Lisse en of onze gebouwen er dan gebruik van kunnen maken. Wel staat vast dat als deze gassen er komen, we hier zuinig mee om moeten gaan. Ze zullen dan naar de gebouwen gaan die ze het meest nodig hebben, zoals bijvoorbeeld monumenten of woningen die voor 1940 zijn gebouwd. We verminderen de vraag naar warmte dan maximaal door het gebruik van duurzame gassen te combineren met hybride warmtepompen en isolatie.

In de figuur hieronder zijn de vier mogelijkheden samengevat. Iedere oplossing heeft zijn eigen kosten, voordelen en nadelen. Welke oplossing het meest aantrekkelijk is, hangt erg af van de lokale situatie, zoals het type gebouwen, het isolatieniveau en welke warmtebronnen en infrastructuur er in de omgeving beschikbaar zijn.

Daarnaast hangt de keuze ook af van wat we belangrijk vinden: willen we bijvoorbeeld het minst betalen, zo min mogelijk overlast of zo min mogelijk ruimte verliezen in ons huis? Omdat dit voor iedereen anders is, is dit een moeilijke keuze waar we met elkaar over moeten praten.

Als gemeente proberen we deze belangen te bewaken. De warmteoplossingen moeten betaalbaar en betrouwbaar zijn. We zoeken oplossingen die betaalbaar zijn voor onze inwoners en voor de maatschappij als geheel. Hierbij proberen we dubbele infrastructuur zo veel mogelijk te vermijden. We proberen te voorkomen dat er in één gebied een warmtenetwerk komt, terwijl tegelijkertijd veel gebouweigenaren overstappen op elektrische warmtepompen. Ook de situatie waarin de meeste mensen overgestapt zijn op warmtepompen, terwijl een paar gebouwen nog op het aardgas blijven, proberen we te voorkomen. Er moet dan een groot (gas)netwerk beheerd worden voor een kleine groep gebruikers. Dit maakt de warmtetransitie uiteindelijk voor iedereen onnodig duur.

In het hoofdstuk ‘Hoe werken de oplossingen?’ gaan we dieper in op de mogelijke oplossingen, met hun voor- en nadelen.