Wat is een Transitievisie Warmte?
Om ervoor te zorgen dat de CO2-uitstoot steeds lager wordt, is een aanpak nodig op alle niveaus. Dus zowel landelijk, regionaal als lokaal. Het Rijk heeft aan elke gemeente gevraagd een visie op te stellen hoe zij een duurzaam verwarmde gebouwde omgeving[1] in 2050 wil bereiken. Dit betekent dat de huizen en gebouwen duurzaam worden verwarmd en duurzaam warm water krijgen in 2050.
Een opmerking vooraf
In de Klimaatwet is vastgelegd dat de uitstoot van CO2 teruggebracht moet worden. In de warmtetransitie voert de gemeente de regie over deze opgave. Hierbij is voor ons erg belangrijk dat het betaalbaar blijft voor iedereen. We weten uit de vele landelijke onderzoeken dat de kosten van de oplossingen zonder aardgas vaak hoger zijn dan het behouden van aardgas. Dit betekent dat we op zoek moeten naar oplossingen die voor iedereen realistisch en betaalbaar zijn, nu en in de toekomst.
Hoe snel de overstap van aardgas naar duurzame warmteoplossingen plaats vindt is afhankelijk van de betaalbaarheid, de wet- en regelgeving en de snelheid van technologische ontwikkelingen. Zo kan er misschien wel warmte worden gewonnen uit de Kagerplassen of Klinkenbergerplas, maar is de techniek om dit te doen nog duur. De gemeente Teylingen kan de warmtetransitie/ energietransitie alleen voor elkaar krijgen onder de juiste omstandigheden. Daarvoor er is ook steun van het Rijk nodig. Zonder goede mogelijkheden en zonder financiële steun van het Rijk weten we niet of we ons doel op tijd gaan halen.
- 1 De Transitievisie Warmte richt zich alleen op de warmtevraag van de gebouwde omgeving. Hiermee bedoelen we alle gebouwen, zoals woningen, kantoren en winkels. Daarbij gaat het om de energievraag om deze gebouwen te verwarmen en van warm water te voorzien. In de transitievisie warmte richten we ons niet op de elektriciteitsvraag, zoals voor verlichting of huishoudelijke apparaten. Ook de energievraag voor industriële processen, landbouw en transport is geen onderdeel van deze visie. Verduurzaming van andere sectoren heeft binnen het Nederlandse Klimaatakkoord een plek binnen andere Klimaattafels.